De eerste keer dat we in Nederland echt hoorden van het fenomeen ‘plastic soep’ was in 2009, tijdens de VPRO uitzendingen van de serie “Beagle: in het kielzog van Darwin”. In dat tv-programma voer het schip Stad Amsterdam met een groep kunstenaars en wetenschappers dezelfde route die Charles Darwin meer dan 150 jaar daarvoor met zijn schip Beagle had gevaren.
Zo kwam ook de ‘plastic soep’ (Pacific Trash Vortex of Great Pacific Garbage Patch) voorbij. Dit zorgwekkende fenomeen is een groot gebied in de Stille Oceaan waar enorme hoeveelheden grote en kleine stukken plastic ronddrijven. Dat het plastic specifiek in dit bepaalde gebied tercht is gekomen (en nog steeds komt) heeft te maken met de verschillende zeestromen die het plastic daar naar toe brengen en daar vervolgens laten ronddrijven.
Het grootste deel van de soep bevat kleinere stukjes (snippers, deeltjes) plastic. De grotere stukken kunststof die in de zee terecht komen (vanaf land, uit rivieren en van schepen) vallen namelijk onder invloed van zon, water en lucht uit elkaar in kleine plasticdeeltjes (microplastics). Deze kleine deeltjes komen door hun geringe grootte al snel in de voedselketen terecht waardoor zeedieren (en mensen) ziek kunnen worden en sterven.
Inmiddels zijn er, onder meer door de media-aandacht, diverse schoonmaak- en opruiminitiatieven ontstaan van zowel de lokale zeevervuiling als van de hele plastic soep in de oceanen. De aanpak aan de bron is daarbij uiteraard een eerste vereiste om ervoor te zorgen dat er in de toekomst niet nog meer van die vieze plastic soep ontstaat…
Geef een reactie